dinsdag, 8 augustus, 2017 Kleine verschillen in het rantsoen tijdens de dracht hebben meetbare effecten op de levensduur van de dochters. Dat blijkt uit een Amerikaanse studie aan het onderzoekscentrum Fort Keogh aan Montana State University. Het onderzoek bracht de foetale programmering beter in kaart. Als gevolg van de variaties in het rantsoen ontstaan verschillen in lichaamsgewicht en conditie die het hele leven lang merkbaar blijven. Nakomeling zwaarder na beperkt voeren in drachtDieren waarvan de moeders goed werden gevoerd, hadden later meer moeite om met moeilijker omstandigheden om te gaan. Maar vrouwelijke nakomelingen van koeien die in de laatste drie maanden van de dracht beperkt werden gevoerd, waren gemiddeld zwaarder en hadden een ruimere conditiescore op vijfjarige leeftijd dan vrouwelijke nakomelingen van koeien die in de laatste drie maanden van de dracht ruimer werden gevoerd. Voeding in opfokOok de voeding in de periode na het spenen blijkt volgens het Amerikaans onderzoek effect te hebben op het latere leven en de productiviteit. Pinken met een normaal rantsoen behaalden in het tien jaar durende onderzoek een drachtpercentage van 89 procent, vergeleken met 88 procent voor pinken die 27 procent minder werden gevoerd. De pinken met een gelimiteerd rantsoen leken ook langer te blijven lopen op het bedrijf. 1300 koeienHet onderzoek is gebaseerd op het volgen van 1300 koeien in de periode van 2002 tot 2011. Door de lange duur van het onderzoek konden ook de nakomelingen in de studie worden betrokken.
1 reactie
|
Rantsoen van de moeder draagt bij aan levensduur kalf
Kleine verschillen in het rantsoen tijdens de dracht hebben meetbare effecten op de levensduur van de dochters. Dat blijkt uit een Amerikaanse studie aan het onderzoekscentrum Fort Keogh aan Montana State University.
Het onderzoek bracht de foetale programmering beter in kaart. Als gevolg van de variaties in het rantsoen ontstaan verschillen in lichaamsgewicht en conditie die het hele leven lang merkbaar blijven.
Nakomeling zwaarder na beperkt voeren in dracht
Dieren waarvan de moeders goed werden gevoerd, hadden later meer moeite om met moeilijker omstandigheden om te gaan. Maar vrouwelijke nakomelingen van koeien die in de laatste drie maanden van de dracht beperkt werden gevoerd, waren gemiddeld zwaarder en hadden een ruimere conditiescore op vijfjarige leeftijd dan vrouwelijke nakomelingen van koeien die in de laatste drie maanden van de dracht ruimer werden gevoerd.
Nakomelingen van beperkt gevoerde moeders konden beter met moeilijker omstandigheden omgaan en bleven langer lopen. Beperkt gevoerde koeien uit normaal gevoerde moeders bleken minder lang te blijven lopen.
Voeding in opfok
Ook de voeding in de periode na het spenen blijkt volgens het Amerikaans onderzoek effect te hebben op het latere leven en de productiviteit. Pinken met een normaal rantsoen behaalden in het tien jaar durende onderzoek een drachtpercentage van 89 procent, vergeleken met 88 procent voor pinken die 27 procent minder werden gevoerd. De pinken met een gelimiteerd rantsoen leken ook langer te blijven lopen op het bedrijf.
1300 koeien
Het onderzoek is gebaseerd op het volgen van 1300 koeien in de periode van 2002 tot 2011. Door de lange duur van het onderzoek konden ook de nakomelingen in de studie worden betrokken.
Reacties
Ik geloof hier wel in. Bij
REAGEER