Voeding

Deelnemers project Koe en Eiwit voerden 156 gram ruw eiwit

Meer mais en minder gras aan het voerhek dragen bij aan een lagere hoeveelheid ruw eiwit in het rantsoen
Meer mais en minder gras aan het voerhek dragen bij aan een lagere hoeveelheid ruw eiwit in het rantsoen

De 150 deelnemers van het project Koe en Eiwit hebben in 2024 gemiddeld 156 gram ruw eiwit per kg droge stof in het rantsoen gevoerd. 

Bijna de helft (43 procent) van de deelnemers zat onder de streefwaarde van 155 gram. 

Meer mais, minder gras in het rantsoen

Volgens een analyse van de bedrijven zorgden meer mais in het rantsoen, minder grasproducten, minder krachtvoer en een laag ruweiwitgehalte in de graskuil voor lagere waarden aan ruw eiwit in het totale rantsoen. Er werd geen significant effect aangetoond op de melkproductie van de koe. 

Bij twintig deelnemers in het project is twee jaar lang gekeken naar de diergezondheid in relatie met een rantsoenverlaging naar 155 gram ruw eiwit. Een lager ruweiwitgehalte bleek niet ten koste te gaan van de diergezondheid, de biestkwaliteit en het geboortegewicht van de kalveren. 

Streefwaarde van 155 gram ruw eiwit

Binnen het project is het streven dat alle bedrijven toewerken naar 155 gram ruw eiwit of lager in het totale rantsoen. Een lager ruweiwitgehalte kan bijdragen aan lagere stikstofverliezen. 

Recent spraken diverse partijen binnen het Eiwitconvenant uit te streven naar een eiwitniveau van 158 gram ruw eiwit. De deelnemers van Koeien en Kansen kwamen afgelopen jaar uit op 152 gram ruw eiwit.