vrijdag, 27 mei, 2016 Terwijl het gras nog ligt te drogen, heb ik net de uitslagen binnen van het versgrasonderzoek van Agrifirm en die zien er zéér goed uit. De opbrengst van ons verse gras dat ik morgen ga inkuilen, zit gemiddeld boven de 6 ton droge stof met een voederwaarde van tussen de 875 en 900, een ruw eiwit van rond de 145 en een verteringscoëfficiënt van zo’n 76 procent. We hebben ook nog opnieuw met de drone gevlogen en gekeken naar de verschillen in bemesting, maar die cijfers komen later. Op stukken 7,5 ton droge stofWoensdagmiddag ben ik begonnen met maaien, vandaag is het schudden en wiersen en morgen, zaterdag 27 mei, kuilen we ons complete areaal, 48 hectare, in één keer in. Er zijn percelen waar zelfs tot 7,5 ton droge stof stond. Samen met Leo Tjoonk van Agrifirm, met wie ik de resultaten heb besproken, kwamen we tot de conclusie dat dit opbrengsten zijn die je normaal alleen met de eerste en tweede snede bij elkaar opgeteld haalt. Ik zag bij het maaien al dat er gigantisch veel gras op de percelen stond. Alles wijst erop dat het natte en koude voorjaar hier in het noorden nu goed uitpakt. Want daardoor konden we pas op 21 april de kunstmest strooien. De periode tussen kunstmest strooien en oogsten is dus vrij kort geweest. Daardoor is alle stikstof uit de kunstmest gebruikt voor de groei. Dat kan niet anders, want ook volgens Leo heb je normaal gesproken met zulke zware snedes niet gauw 145 gram ruw eiwit en 76 procent verteringscoëfficiënt. Dichter tegen oogstmoment strooienDeze cijfers sluiten aan bij proeven van Agrifirm. Daaruit blijkt dat gedeelde stikstofgiften en/of dichter tegen het oogstmoment kunstmest strooien goede eiwitgehalten geeft. Ik heb vrij lang gewacht met maaien. Dat komt deels door het natte weer en deels omdat ik wel hou van wat meer structuur bij de eerste snede. En daardoor oogst ik nu veel opbrengst. Ik durfde het risico op een wat lager eiwitgehalte wel aan omdat ik een lasagnekuil maak en dat eiwitverlies wel terugpak bij de volgende snedes. Die maai ik dan wat korter, met als bijkomend voordeel dat je in de zomer ook geen last hebt van doorschietend gras. Goede van drie wereldenMaar goed, als ik deze cijfers nu zie, is het eiwitgehalte van deze eerste snede eigenlijk ook uitstekend. Het lijkt erop dat ik het goede van drie werelden in de hele eerste snede samenpak: een extreem hoge drogestofopbrengst, veel structuur en prima ruw eiwitgehaltes. Nu nog hopen dat het een beetje droog blijft, dan ga ik morgen met heel veel plezier dit gras aan de bult rijden.
0 reacties
|
Meer dan 6 ton droge stof van eerste grassnede
Terwijl het gras nog ligt te drogen, heb ik net de uitslagen binnen van het versgrasonderzoek van Agrifirm en die zien er zéér goed uit.
De opbrengst van ons verse gras dat ik morgen ga inkuilen, zit gemiddeld boven de 6 ton droge stof met een voederwaarde van tussen de 875 en 900, een ruw eiwit van rond de 145 en een verteringscoëfficiënt van zo’n 76 procent. We hebben ook nog opnieuw met de drone gevlogen en gekeken naar de verschillen in bemesting, maar die cijfers komen later.
Op stukken 7,5 ton droge stof
Woensdagmiddag ben ik begonnen met maaien, vandaag is het schudden en wiersen en morgen, zaterdag 27 mei, kuilen we ons complete areaal, 48 hectare, in één keer in. Er zijn percelen waar zelfs tot 7,5 ton droge stof stond. Samen met Leo Tjoonk van Agrifirm, met wie ik de resultaten heb besproken, kwamen we tot de conclusie dat dit opbrengsten zijn die je normaal alleen met de eerste en tweede snede bij elkaar opgeteld haalt.
Ik zag bij het maaien al dat er gigantisch veel gras op de percelen stond. Alles wijst erop dat het natte en koude voorjaar hier in het noorden nu goed uitpakt. Want daardoor konden we pas op 21 april de kunstmest strooien. De periode tussen kunstmest strooien en oogsten is dus vrij kort geweest. Daardoor is alle stikstof uit de kunstmest gebruikt voor de groei. Dat kan niet anders, want ook volgens Leo heb je normaal gesproken met zulke zware snedes niet gauw 145 gram ruw eiwit en 76 procent verteringscoëfficiënt.
Dichter tegen oogstmoment strooien
Deze cijfers sluiten aan bij proeven van Agrifirm. Daaruit blijkt dat gedeelde stikstofgiften en/of dichter tegen het oogstmoment kunstmest strooien goede eiwitgehalten geeft.
Ik heb vrij lang gewacht met maaien. Dat komt deels door het natte weer en deels omdat ik wel hou van wat meer structuur bij de eerste snede. En daardoor oogst ik nu veel opbrengst. Ik durfde het risico op een wat lager eiwitgehalte wel aan omdat ik een lasagnekuil maak en dat eiwitverlies wel terugpak bij de volgende snedes. Die maai ik dan wat korter, met als bijkomend voordeel dat je in de zomer ook geen last hebt van doorschietend gras.
Goede van drie werelden
Maar goed, als ik deze cijfers nu zie, is het eiwitgehalte van deze eerste snede eigenlijk ook uitstekend. Het lijkt erop dat ik het goede van drie werelden in de hele eerste snede samenpak: een extreem hoge drogestofopbrengst, veel structuur en prima ruw eiwitgehaltes. Nu nog hopen dat het een beetje droog blijft, dan ga ik morgen met heel veel plezier dit gras aan de bult rijden.
REAGEER