dinsdag, 6 december, 2016 De instemming van de Tweede Kamer voor de invoering van het fosfaatrechtenstelsel in 2018 maakte vandaag duidelijk dat er nu volop ingezet moet worden op het fosfaatreductieplan van de melkveehouderijsector. Wiebren van Stralen, beleidsadviseur mest en milieu bij LTO, was bij de stemming in Den Haag aanwezig en blikt vooruit naar de gevolgen in 7 vragen. Heeft de stemming u verrast vandaag? ‘Nee, zeker niet. De goedkeuring voor invoering van het fosfaatrechtenstelsel op 1 januari 2018 door een overgrote meerderheid van de Tweede Kamer was wel verwacht. De stemverhoudingen waren vorige week al zichtbaar geworden tijdens het kamerdebat. Het belangrijkste gegeven van vandaag is dat er nu duidelijkheid is voor melkveehouders. Er is geen alternatief en er komt geen toegift.’ Er waren veel amendementen, voorstellen voor wetswijzigingen, ingediend. Wat zijn de belangrijkste die een Kamermeerderheid achter zich kregen? ‘De meeste van de amendementen haalden geen meerderheid. Wel was de kamer er voor om grondgebonden bedrijven te compenseren voor de generieke korting. Daarnaast stemde de Tweede Kamer ermee in om de Kringloopwijzer in te zetten, is er een oplossing geboden voor bedrijven die vee uitschaarden op 2 juli 2015, komt er een commissie die zich buigt over knelgevallen en moet de staatssecretaris een einddatum instellen voor het fosfaatrechtenstelsel.’ Wat zijn de vervolgstappen? ‘De sector zal nu moeten laten zien dat ze de fosfaatproductie van de veestapel in 2017 onder het door de met het EU afgesproken fosfaatplafond kan krijgen. Dat betekent dat er komend jaar ongeveer 200.000 koeien zullen moeten verdwijnen. Daar zullen we nu hard aan moeten werken om dat te regelen.’ De sector heeft daarvoor het sectorplan voor fosfaatreductie gemaakt. Maar dat plan krijgt wel veel kritiek. ‘De vraag aan de criticasters is, wat is je alternatief? Het plan B dat een aantal partijen inbracht klonk mooi, maar was inhoudelijk niet uitvoerbaar. Het zal niet eenvoudig zijn om de fosfaatreductie te realiseren, maar het gaat er hier om dat we ons realiseren dat we door de kat of de hond gebeten gaan worden. Ik maak liever zelf de keuze dan dat Brussel dat voor ons doet. Het verliezen van de derogatie gaat echt veel meer pijn doen.’ Een aantal zuivelpartijen heeft aangeven het huidige fosfaatreductieplan niet meer te steunen. ‘Natuurlijk snap ik de emoties en verschillende belangen, ik zie ze ook onder de LTO-leden. Maar als ik een melkveehouder was en mijn zuivelfabriek zou aangegeven hebben het plan niet meer te ondersteunen dan zou ik mijn zuivelonderneming de vraag stellen: dus je vindt mijn derogatie niets waard? Ik erger me dat verschillende partijen op schoolpleinniveau over alle plannen praten. Dat wakkert de onrust in de sector alleen maar aan, terwijl we het juist over de inhoud moeten hebben met elkaar en aan de slag moeten.’ Wat vindt de Europese Commissie van de plannen? ‘Officieel weten we dat nog niet, maar ik krijg de eerste positieve signalen wel. We zien ook aan de cijfers dat we op een kantelpunt zitten. Het aantal koeien is de afgelopen maand in Nederland niet meer gegroeid. Steeds meer veehouders beseffen dat het geen zin heeft om langer dieren aan te houden. Er komt geen toegift van de overheid. Waarom zou je wachten totdat de slachtcapaciteit wellicht straks niet toereikend meer is en de vleesprijzen dalen? Ik denk echt dat de meeste bedrijven zonder veel pijn vijf tot tien procent van het ondereind van de veestapel kunnen afvoeren en dan boeren ze financieel echt niet minder.’ Gaat het de sector lukken om in een jaar onder het fosfaatplafond te komen? ‘We kunnen bij de pakken neerzitten, maar ook zeggen: we zullen eens laten zien wat we kunnen. Ik geloof in de kracht van de sector. En als er een schaap over de dam is, denk ik dat er meer volgen. Het is een lastig proces en ik verwacht dat er ook wel weer een aantal kikkers terug in de kruiwagen zullen komen. Het sentiment moet omslaan en het geloof dat we het kunnen zal bepalend worden. Er is immers geen alternatief.’
5 reacties
|
Fosfaatrechten een feit: zeven vragen aan Wiebren van Stralen
De instemming van de Tweede Kamer voor de invoering van het fosfaatrechtenstelsel in 2018 maakte vandaag duidelijk dat er nu volop ingezet moet worden op het fosfaatreductieplan van de melkveehouderijsector.
Wiebren van Stralen, beleidsadviseur mest en milieu bij LTO, was bij de stemming in Den Haag aanwezig en blikt vooruit naar de gevolgen in 7 vragen.
Heeft de stemming u verrast vandaag?
‘Nee, zeker niet. De goedkeuring voor invoering van het fosfaatrechtenstelsel op 1 januari 2018 door een overgrote meerderheid van de Tweede Kamer was wel verwacht. De stemverhoudingen waren vorige week al zichtbaar geworden tijdens het kamerdebat. Het belangrijkste gegeven van vandaag is dat er nu duidelijkheid is voor melkveehouders. Er is geen alternatief en er komt geen toegift.’
Er waren veel amendementen, voorstellen voor wetswijzigingen, ingediend. Wat zijn de belangrijkste die een Kamermeerderheid achter zich kregen?
‘De meeste van de amendementen haalden geen meerderheid. Wel was de kamer er voor om grondgebonden bedrijven te compenseren voor de generieke korting. Daarnaast stemde de Tweede Kamer ermee in om de Kringloopwijzer in te zetten, is er een oplossing geboden voor bedrijven die vee uitschaarden op 2 juli 2015, komt er een commissie die zich buigt over knelgevallen en moet de staatssecretaris een einddatum instellen voor het fosfaatrechtenstelsel.’
Wat zijn de vervolgstappen?
‘De sector zal nu moeten laten zien dat ze de fosfaatproductie van de veestapel in 2017 onder het door de met het EU afgesproken fosfaatplafond kan krijgen. Dat betekent dat er komend jaar ongeveer 200.000 koeien zullen moeten verdwijnen. Daar zullen we nu hard aan moeten werken om dat te regelen.’
De sector heeft daarvoor het sectorplan voor fosfaatreductie gemaakt. Maar dat plan krijgt wel veel kritiek.
‘De vraag aan de criticasters is, wat is je alternatief? Het plan B dat een aantal partijen inbracht klonk mooi, maar was inhoudelijk niet uitvoerbaar. Het zal niet eenvoudig zijn om de fosfaatreductie te realiseren, maar het gaat er hier om dat we ons realiseren dat we door de kat of de hond gebeten gaan worden. Ik maak liever zelf de keuze dan dat Brussel dat voor ons doet. Het verliezen van de derogatie gaat echt veel meer pijn doen.’
Een aantal zuivelpartijen heeft aangeven het huidige fosfaatreductieplan niet meer te steunen.
‘Natuurlijk snap ik de emoties en verschillende belangen, ik zie ze ook onder de LTO-leden. Maar als ik een melkveehouder was en mijn zuivelfabriek zou aangegeven hebben het plan niet meer te ondersteunen dan zou ik mijn zuivelonderneming de vraag stellen: dus je vindt mijn derogatie niets waard? Ik erger me dat verschillende partijen op schoolpleinniveau over alle plannen praten. Dat wakkert de onrust in de sector alleen maar aan, terwijl we het juist over de inhoud moeten hebben met elkaar en aan de slag moeten.’
Wat vindt de Europese Commissie van de plannen?
‘Officieel weten we dat nog niet, maar ik krijg de eerste positieve signalen wel. We zien ook aan de cijfers dat we op een kantelpunt zitten. Het aantal koeien is de afgelopen maand in Nederland niet meer gegroeid. Steeds meer veehouders beseffen dat het geen zin heeft om langer dieren aan te houden. Er komt geen toegift van de overheid. Waarom zou je wachten totdat de slachtcapaciteit wellicht straks niet toereikend meer is en de vleesprijzen dalen? Ik denk echt dat de meeste bedrijven zonder veel pijn vijf tot tien procent van het ondereind van de veestapel kunnen afvoeren en dan boeren ze financieel echt niet minder.’
Gaat het de sector lukken om in een jaar onder het fosfaatplafond te komen?
‘We kunnen bij de pakken neerzitten, maar ook zeggen: we zullen eens laten zien wat we kunnen. Ik geloof in de kracht van de sector. En als er een schaap over de dam is, denk ik dat er meer volgen. Het is een lastig proces en ik verwacht dat er ook wel weer een aantal kikkers terug in de kruiwagen zullen komen. Het sentiment moet omslaan en het geloof dat we het kunnen zal bepalend worden. Er is immers geen alternatief.’
Reacties
Eigenlijk meer een vraag naar
Hallo Jos. We hebben even het
Hallo.
Nu de voer-mest contracten
Nog een uitleg aan Wiebren.
REAGEER