woensdag, 27 april, 2016 In 2015 onderzocht MCC Vlaanderen ruim 19.400 kwartiermelkmonsters van koeien met een verhoogd celgetal. Nog eens 5000 melkmonsters van klinisch geïnfecteerde koeien werden aangeboden voor onderzoek. Bij de onderzochte melkmonsters van koeien met klinische mastitis waren Streptococcus uberis en E. coli het vaakst geïsoleerd, telkens in meer dan twintig procent van de gevallen. Staphylococcus aureus werd bij 13,7 procent van de onderzochte gevallen teruggevonden. In geval van subklinische mastitis waren Staphylococcus species (29,6%), Corynebacterium bovis (23,6%), Streptococcus uberis (13%) en Staphylococcus aureus (11,7%) het vaakst gedetecteerd. Verhoogd coligetalVan de 60 aangeboden en onderzochte tankmelkstalen naar aanleiding van een verhoogd coligetal kwam bij bijna 42 % van de gevallen E.coli als resultaat uit de bus. Bij 26,6% van de tankmelkmonsters werd Klebsiella als veroorzaker van het verhoogd coligetal aangewezen.
0 reacties
|
MCC onderzocht in 2015 25.000 melkmonsters op mastitiskiemen
In 2015 onderzocht MCC Vlaanderen ruim 19.400 kwartiermelkmonsters van koeien met een verhoogd celgetal. Nog eens 5000 melkmonsters van klinisch geïnfecteerde koeien werden aangeboden voor onderzoek.
Bij de onderzochte melkmonsters van koeien met klinische mastitis waren Streptococcus uberis en E. coli het vaakst geïsoleerd, telkens in meer dan twintig procent van de gevallen. Staphylococcus aureus werd bij 13,7 procent van de onderzochte gevallen teruggevonden.
In geval van subklinische mastitis waren Staphylococcus species (29,6%), Corynebacterium bovis (23,6%), Streptococcus uberis (13%) en Staphylococcus aureus (11,7%) het vaakst gedetecteerd.
Verhoogd coligetal
Van de 60 aangeboden en onderzochte tankmelkstalen naar aanleiding van een verhoogd coligetal kwam bij bijna 42 % van de gevallen E.coli als resultaat uit de bus. Bij 26,6% van de tankmelkmonsters werd Klebsiella als veroorzaker van het verhoogd coligetal aangewezen.
REAGEER