woensdag, 26 februari, 2014 Bij het dramatische ongeluk met drie dodelijke slachtoffers in een mestsilo in Makkinga waren de veiligheidsmaatregelen onvoldoende. Dat concludeert de Onderzoeksraad voor de Veiligheid in een vanmorgen gepubliceerde rapport. De adembescherming was niet geschikt voor het werken in besloten ruimtes. Zeker niet in de mestsilo in Makkinga, waar vier maanden lang een ingedikte laag mest was opgeslagen, die niet gemixt werd. De vorming van mestgassen is daar waarschijnlijk nog verergerd door de aanwezigheid van spuiwater dat in het voorjaar is toegevoegd onderin in de silo maar door een defecte mixer niet gemixt kon worden. Ook waren er geen middelen beschikbaar om de slachtoffers snel en op een veilige manier uit de silo te kunnen halen, zo concludeert het rapport. Gevaren mestgassen vaak onderschatVolgens de onderzoeksraad staat het ongeluk niet op zich en worden de gevaren van mestgassen schromelijk onderschat. Veehouders, loonwerkers en anderen die met mest werken, realiseren zich onvoldoende dat bij bewerking van drijfmest veel mestgassen kunnen vrijkomen die dodelijk zijn. Dat leidt te vaak tot ernstige ongevallen. Daarbij vallen onnodig extra slachtoffers doordat omstanders onbeschermd te hulp schieten, zoals ook in Makkinga het geval was. Veiligheid heeft de afgelopen decennia te weinig aandacht gekregen bij de ontwikkelingen rond opslag en verwerking van mest, stelt het rapport. De raad adviseert LTO, NMV, NVV en Cumela om er voor te zorgen dat er een platform komt dat informatie over de mestgasproblematiek verzamelt en verspreidt. Ook wil de onderzoeksraad dat 'veilig werken met mest' structureel wordt opgenomen in de agrarische opleidingen. De overheid krijgt het dringende advies om de voorschriften voor het werken in besloten ruimten met mestgassen aan te scherpen. 35 ongevallen, 28 dodenTussen 1980 en 2013 hebben zich ten minste 35 ernstige ongevallen met mestgassen voorgedaan. Daarbij vielen 57 slachtoffers, waarvan 28 doden. Dit vormde voor de Onderzoeksraad voor Veiligheid reden onderzoek te doen naar de gevaren van mestgassen. Het merendeel van de ongevallen ontstaat doordat er onvoldoende veiligheidsmaatregelen worden getroffen, zoals het gebruik van geschikte adembeschermingsapparatuur, het regelmatig mixen van de mest en het zorgen voor voldoende ventilatie. De ontwikkelingen in de agrarische sector van de afgelopen decennia hebben de kans op ongevallen bovendien vergroot. Schaalvergroting, strengere milieuwetgeving en aanscherping van het mestbeleid hebben er toe geleid dat meer mest wordt geproduceerd, de mest gedurende langere tijd wordt opgeslagen en de mestopslagen afgesloten zijn. Vloeibare kunstmestVerder worden in toenemende mate stoffen als spuiwater (een soort vloeibare kunstmest afkomstig uit luchtwasinstallaties) toegevoegd aan de mest. Dat kan de vorming van mestgassen versterken. Formeel is dit verboden, maar in de praktijk erg gebruikelijk. Hiermee zijn ook de risico's groter geworden. Dit heeft te weinig aandacht gekregen, zowel in de sector zelf als bij de overheid, aldus de onderzoeksraad.
0 reacties
|
Veel ging mis bij mestsilodrama Makkinga
Bij het dramatische ongeluk met drie dodelijke slachtoffers in een mestsilo in Makkinga waren de veiligheidsmaatregelen onvoldoende. Dat concludeert de Onderzoeksraad voor de Veiligheid in een vanmorgen gepubliceerde rapport.
De adembescherming was niet geschikt voor het werken in besloten ruimtes. Zeker niet in de mestsilo in Makkinga, waar vier maanden lang een ingedikte laag mest was opgeslagen, die niet gemixt werd.
De vorming van mestgassen is daar waarschijnlijk nog verergerd door de aanwezigheid van spuiwater dat in het voorjaar is toegevoegd onderin in de silo maar door een defecte mixer niet gemixt kon worden. Ook waren er geen middelen beschikbaar om de slachtoffers snel en op een veilige manier uit de silo te kunnen halen, zo concludeert het rapport.
Gevaren mestgassen vaak onderschat
Volgens de onderzoeksraad staat het ongeluk niet op zich en worden de gevaren van mestgassen schromelijk onderschat. Veehouders, loonwerkers en anderen die met mest werken, realiseren zich onvoldoende dat bij bewerking van drijfmest veel mestgassen kunnen vrijkomen die dodelijk zijn. Dat leidt te vaak tot ernstige ongevallen. Daarbij vallen onnodig extra slachtoffers doordat omstanders onbeschermd te hulp schieten, zoals ook in Makkinga het geval was.
Veiligheid heeft de afgelopen decennia te weinig aandacht gekregen bij de ontwikkelingen rond opslag en verwerking van mest, stelt het rapport. De raad adviseert LTO, NMV, NVV en Cumela om er voor te zorgen dat er een platform komt dat informatie over de mestgasproblematiek verzamelt en verspreidt.
Ook wil de onderzoeksraad dat 'veilig werken met mest' structureel wordt opgenomen in de agrarische opleidingen. De overheid krijgt het dringende advies om de voorschriften voor het werken in besloten ruimten met mestgassen aan te scherpen.
35 ongevallen, 28 doden
Tussen 1980 en 2013 hebben zich ten minste 35 ernstige ongevallen met mestgassen voorgedaan. Daarbij vielen 57 slachtoffers, waarvan 28 doden. Dit vormde voor de Onderzoeksraad voor Veiligheid reden onderzoek te doen naar de gevaren van mestgassen.
Het merendeel van de ongevallen ontstaat doordat er onvoldoende veiligheidsmaatregelen worden getroffen, zoals het gebruik van geschikte adembeschermingsapparatuur, het regelmatig mixen van de mest en het zorgen voor voldoende ventilatie.
De ontwikkelingen in de agrarische sector van de afgelopen decennia hebben de kans op ongevallen bovendien vergroot. Schaalvergroting, strengere milieuwetgeving en aanscherping van het mestbeleid hebben er toe geleid dat meer mest wordt geproduceerd, de mest gedurende langere tijd wordt opgeslagen en de mestopslagen afgesloten zijn.
Vloeibare kunstmest
Verder worden in toenemende mate stoffen als spuiwater (een soort vloeibare kunstmest afkomstig uit luchtwasinstallaties) toegevoegd aan de mest. Dat kan de vorming van mestgassen versterken. Formeel is dit verboden, maar in de praktijk erg gebruikelijk. Hiermee zijn ook de risico's groter geworden. Dit heeft te weinig aandacht gekregen, zowel in de sector zelf als bij de overheid, aldus de onderzoeksraad.
REAGEER