Maatschappij

Koolstofvoetafdruk melk daalde 35 procent door efficiënter produceren

 Door een efficiëntere ruwvoerproductie daalde de broeikasgasemissie per kg melk met 52 procent
Door een efficiëntere ruwvoerproductie daalde de broeikasgasemissie per kilogram melk met 52 procent

Nederlandse melkveehouders wisten de uitstoot van broeikasgas per kilogram melk tussen 1990 en 2019 met 35 procent te verlagen.

Het gaat hierbij om alle emissies die vrijkomen bij de productie van melk op de boerderij, inclusief de teelt van voer. Verbetering van de efficiëntie van de productie is voor deze verlaging de belangrijkste verklaring.

Van 1522 naar 992 gram CO2-equivalenten

In 1990 ging de productie van melk op het melkveebedrijf gemiddeld gepaard met de uitstoot van 1522 gram CO2-equivalenten per kilogram voor vet en eiwit gecorrigeerde melk. In 2019 was dit kengetal 992 gram CO2-equivalenten per kilogram voor vet en eiwit gecorrigeerde melk, een vermindering met 35 procent.

Dit blijkt uit onderzoek naar de ontwikkeling van de koolstofvoetafdruk van melk, waarvan de resultaten zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift ‘Journal of Cleaner Production’.

Van 13.000 naar 18.000 kg melk per hectare

De grootste klimaatwinst werd geboekt bij de productie van ruwvoer. Hier daalden de broeikasgasemissies per kilogram melk in dertig jaar tijd met 52 procent. Dit is onder andere te danken aan een lagere stikstofbemesting, waardoor er minder lachgas werd uitgestoten. Tegelijkertijd steeg de ruwvoeropbrengst, waardoor stikstof ook efficiënter werd benut. Ook wisten veehouders de voerefficiëntie te verbeteren.

De gemiddelde productie van melk per hectare steeg van 13.000 kg vet en eiwit gecorrigeerde melk in 1990 naar 18.000 kg in 2019. Minder beweiding leverde minder uitstoot van broeikasgas vanuit weidemest op.

Minder krachtvoer en kunstmest per kilo melk

De broeikasgasemissie afkomstig van aangekocht krachtvoer en kunstmest daalde tussen 1990 en 2019 met 54 procent. Zo werd de koolstofvoetafdruk per aangekochte kilogram krachtvoer en kunstmest kleiner. Maar ook was minder krachtvoer en kunstmest nodig om een kilogram melk te produceren. Een reductie van de broeikasgasemissie van 47 procent werd gerealiseerd door een ‘groenere’ productie van elektriciteit en efficiënter gebruik van energie.

Stalemissies gestegen

De grootste bijdrage aan de koolstofvoetafdruk van de productie van melk wordt geleverd door de emissie van methaan, die vrijkomt bij de vertering van voer. Het lukte om deze uitstoot te verlagen met 15 procent. De emissie van broeikasgassen vanuit de stal en mestopslag steeg juist tussen 1990 en 2019 met 26 procent.

Dit is onder andere het gevolg van de ontwikkeling naar meer opstallen in deze periode. Ook leidden rantsoenveranderingen tot meer emissies vanuit de stal.

Min 15 procent voor totale melkplas

Overigens is de broeikasgasemissie van de totale Nederlandse melkproductie tussen 1990 en 2019 gedaald met ‘slechts’ 15 procent. Dit komt doordat het geproduceerde volume sinds 1990 met 28 procent is toegenomen. Het overgrote deel van deze toename werd gerealiseerd na het eind van de melkquotering. De laatste jaren daalt de omvang van de melkplas weer geleidelijk.

Het onderzoek is uitgevoerd door experts van Wageningen UR, Blonk Consultants, Schothorst Feed Research en FrieslandCampina. Klik hier om de volledige publicatie terug te lezen.

De emissie van methaan levert de grootste bijdrage aan de koolstofvoetafdruk van de productie van melk
De emissie van methaan levert de grootste bijdrage aan de koolstofvoetafdruk van de productie van melk