donderdag, 23 november, 2017 Twee veehouderijsectoren zitten klem tussen maatschappelijke wensen, beschikbare milieuruimte en de economische realiteit. In de varkenshouderij zijn er circa 3000 bedrijven, waarvan er 2000 als stoppende bedrijven worden aangeduid. De in het regeerakkoord gereserveerde 200 miljoen euro is onvoldoende om stoppende bedrijven warm te saneren. Lege stallen en grote ambitieIn de melkveehouderij staan veel stallen deels leeg. De groeiambitie is groot en de slagkracht is er. Binnen de fosfaatwetgeving is het in Nederland nu niet mogelijk om varkensfosfaat om te zetten in rundveefosfaat. De tijd is rijp om dat politieke besluit aan te passen. Als de overheid het huidige schot tussen varkensfosfaat en rundveefosfaat wegneemt, help je beide sectoren. De varkenshouderij kan warm saneren en de melkveehouderij kan groeien en de vaste kosten over meer kilo’s melk verrekenen. Vijftig procent afromen bij overdrachtDe angst is dat er met meer koeien meer milieuproblemen komen. Dat hoeft niet, als je randvoorwaarden stelt. Om te beginnen room je 50 procent van de aangekochte rechten af bij het overzetten van varkens- naar rundveefosfaat. Daarmee verklein je het totale mestoverschot met circa 40 procent en voorkom je dat de methaan- en ammoniakuitstoot toenemen. Ook voorkom je dat melkveehouders varkenshouders sterk beconcurreren. Een melkveehouder betaalt namelijk een keer zo veel per kg fosfaat als een varkenshouder. Regel ook dat melkveehouders bij het kopen van varkensrechten alleen grondgebonden groeien, wat mij betreft tot maximaal 104 kilo fosfaat per hectare. Alleen maar winnaarsVoorwaarden koppelen aan het ontschotten lost veel problemen op. Voor elke koe extra verdwijnen elf varkens. Bij sanering van 3,3 miljoen varkens kan de melkveehouderij met 300.000 melkkoeien groeien, terwijl er toch minder mest, methaan en ammoniak komt. De fraudedruk op de mestmarkt neemt fors af, omdat het mestoverschot met 40 procent afneemt. Ook doet dit plan iets aan de maatschappelijke wens om de veestapel te verkleinen. Eigenlijk zijn er alleen maar winnaars. Het gaat er nu om wie het lef heeft om stappen te zetten voor zo’n plan.
1 reactie
|
Fosfaatschot weg, wie durft?
Twee veehouderijsectoren zitten klem tussen maatschappelijke wensen, beschikbare milieuruimte en de economische realiteit.
In de varkenshouderij zijn er circa 3000 bedrijven, waarvan er 2000 als stoppende bedrijven worden aangeduid. De in het regeerakkoord gereserveerde 200 miljoen euro is onvoldoende om stoppende bedrijven warm te saneren.
Lege stallen en grote ambitie
In de melkveehouderij staan veel stallen deels leeg. De groeiambitie is groot en de slagkracht is er. Binnen de fosfaatwetgeving is het in Nederland nu niet mogelijk om varkensfosfaat om te zetten in rundveefosfaat. De tijd is rijp om dat politieke besluit aan te passen. Als de overheid het huidige schot tussen varkensfosfaat en rundveefosfaat wegneemt, help je beide sectoren. De varkenshouderij kan warm saneren en de melkveehouderij kan groeien en de vaste kosten over meer kilo’s melk verrekenen.
Vijftig procent afromen bij overdracht
De angst is dat er met meer koeien meer milieuproblemen komen. Dat hoeft niet, als je randvoorwaarden stelt. Om te beginnen room je 50 procent van de aangekochte rechten af bij het overzetten van varkens- naar rundveefosfaat. Daarmee verklein je het totale mestoverschot met circa 40 procent en voorkom je dat de methaan- en ammoniakuitstoot toenemen. Ook voorkom je dat melkveehouders varkenshouders sterk beconcurreren. Een melkveehouder betaalt namelijk een keer zo veel per kg fosfaat als een varkenshouder. Regel ook dat melkveehouders bij het kopen van varkensrechten alleen grondgebonden groeien, wat mij betreft tot maximaal 104 kilo fosfaat per hectare.
Alleen maar winnaars
Voorwaarden koppelen aan het ontschotten lost veel problemen op. Voor elke koe extra verdwijnen elf varkens. Bij sanering van 3,3 miljoen varkens kan de melkveehouderij met 300.000 melkkoeien groeien, terwijl er toch minder mest, methaan en ammoniak komt. De fraudedruk op de mestmarkt neemt fors af, omdat het mestoverschot met 40 procent afneemt. Ook doet dit plan iets aan de maatschappelijke wens om de veestapel te verkleinen. Eigenlijk zijn er alleen maar winnaars. Het gaat er nu om wie het lef heeft om stappen te zetten voor zo’n plan.
Reacties
geachte heer Vogelaar,
REAGEER