Gras

Verschillen in verteerbaarheid Engelse raaigrasrassen beperkt

Aan de Belgische rassenlijst zijn zeven nieuwe Engelse raaigrasrassen en één nieuw rietzwenkgrasras toegevoegd
Aan de Belgische rassenlijst zijn zeven nieuwe Engelse raaigrasrassen en één nieuw rietzwenkgrasras toegevoegd

Tetraploïde Engelse raaigrasrassen zijn beter verteerbaar dan diploïde, maar de verschillen tussen de rassen zijn beperkt. De verteerbaarheid van de tetraploïde en diploïde rassen varieert van 78 tot 82 procent.

Dat blijkt uit de cijfers over de verteerbaarheid van Engels raaigras die voor het eerst zijn gepubliceerd in de Belgische rassenlijst. 

Acht nieuwe rassen toegevoegd

Aan de Belgische rassenlijst zijn acht nieuwe grasrassen toegevoegd. Het gaat om de Engelse raaigrasrassen Bellator, Barmazing, Katana, Baranova, Wappo, Melgrappa en Meltessa en het rietzwenkgrasras Fecore.

Meer opbrengst en betere ziektebestendigheid

Nieuwe rassen van Engels raaigras leveren door veredeling meer op dan oudere rassen. Tussen 2011 en 2025 werd in veldproeven een gemiddelde stijging gemeten van 40 kilo droge stof per hectare per jaar. Dit is een toename van 0,27 procent per jaar en dat is een stuk lager dan bij gewassen als Italiaans raaigras, mais of wintertarwe. 

Ook de tolerantie tegen kroonroest is verbeterd. Deze ziekte wordt gemeten op een schaal van 1 (heel gevoelig) tot 9 (zeer tolerant). De nieuwe rassen scoren duidelijk beter dan de oudere. 

Rietzwenkgras groeit beter bij droogte of nat weer

Rietzwenkgras is beter bestand tegen droge en natte omstandigheden dan Engels raaigras. De meerjarige grassoort groeit beter bij droog of nat weer en geeft tot 15 procent meer droge stof dan Engels raaigras. De verteerbaarheid is wel lager: tussen de 67 en 70 procent. Dat is ongeveer 10 procent minder dan bij Engels raaigras.