Vruchtbaarheidsproblemen kosten jaarlijks 100 euro per koe

Vruchtbaarheidsproblemen kunnen voor melkveehouders flink in de papieren lopen, gemiddeld 100 euro per koe per jaar. De kosten komen voornamelijk voort uit afvoer, veterinaire diensten en behandelingen en melkverlies. 

Dat blijkt uit een onderzoek van Wageningen University & Research (WUR) en Universiteit Utrecht die voor de inschatting van de kosten een rekenkundig simulatiemodel gebruikten. 

De onderzoekers keken naar zeven veelvoorkomende problemen rond de vruchtbaarheid van koeien. Dit zijn: moeilijke geboortes (dystocie), nageboorte die blijft zitten, acute baarmoederontsteking (metritis), chronische baarmoederontsteking (endometritis), geen eisprong (anovulatie), eierstokcystes en stille tochtigheid. Deze problemen hangen vaak met elkaar samen. Een moeilijke geboorte kan bijvoorbeeld leiden tot een nageboorteprobleem en daarna tot een baarmoederontsteking. Het onderzoek laat zien dat het voorkomen van één probleem het risico op andere problemen verlaagt, wat extra kosten bespaart.

Acute baarmoederontsteking kost het meest

Een acute baarmoederontsteking is met een gemiddelde kostenpost van 30 euro per koe per jaar het duurst. Moeilijke geboortes kosten met 4 euro per koe per jaar het minst. 

Ook als er wordt gekeken naar de kosten per individueel geval springt acute baarmoederontsteking er uit met 257 euro per geval. Eierstokcystes kosten ter vergelijking 58 euro per geval. 

Zeventien dagen langere tussenkalftijd

De aanwezigheid van vruchtbaarheidsproblemen verhoogde de tussenkalftijd tot gemiddeld 414 dagen. Bij de koeien die geen acute baarmoederontsteking, chronische baarmoederontsteking, eierstokcystes of geen ovulatieproblemen kregen, lag dit op 410 dagen. De koeien zonder vruchtbaarheidsproblemen kalfden binnen 397 dagen opnieuw af. 

Meer kalveren en meer melk bij goede vruchtbaarheid

Uit het onderzoek blijkt ook dat een Nederlands melkveebedrijf met 200 melkkoeien zonder vruchtbaarheidsproblemen gemiddeld twaalf kalveren per jaar meer krijgt dan bedrijven waar deze problemen wel voorkomen; 135 kalveren ten opzichte van 123 kalveren. Vooral acute baarmoederontsteking heeft hier invloed op. 

Ook ligt de melkproductie ongeveer 61 liter per koe per jaar hoger op bedrijven zonder vruchtbaarheidsproblemen; 8.551 kg melk per koe per jaar ten opzichte van 8.490 kg melk per koe per jaar. Hier heeft voornamelijk klinische baarmoederontsteking invloed op.

Acute baarmoederontsteking verhoogt antibioticagebruik sterk

Daarnaast bleek dat op een Nederlands melkveebedrijf met 200 melkkoeien gemiddeld zo’n 134 keer per jaar een hormoonbehandeling werd gedaan en gemiddeld 30 keer per jaar antibiotica werd gebruikt. Kwam anovulatie niet voor op een bedrijf, dan waren er minder hormoonbehandelingen nodig: 96 keer per jaar. Kwam een acute baarmoederontsteking niet voor, dan liep het antibioticagebruik terug naar 15 keer per jaar. Waren er geen vruchtbaarheidsproblemen, dan werden er geen hormonen of antibiotica gebruikt.