maandag, 17 augustus, 2020 De sterfte van niet-geoormerkte kalveren uit vaarzen is bijna twee keer zo hoog als de sterfte van niet-geoormerkte kalveren uit koeien. Dit komt naar voren in een onderzoek van Royal GD waarin een analyse werd uitgevoerd van data uit de diergezondheidsmonitoring Rund. Verworpen en doodgeborenDe cijfers betreffen gegevens over het tweede kwartaal van 2014 tot en met het tweede kwartaal van 2019. Onder niet-geoormerkte kalveren vallen zowel doodgeboren kalveren als verworpen vruchten en kalveren die levend ter wereld zijn gekomen maar zijn gestorven voordat ze in I&R werden geregistreerd. Meer sterfte in winterIn de sterfte onder niet-geoormerkte kalveren van vaarzen treden ook meer schommelingen op. Voor zowel vaarzen als oudere koeien geldt dat de kalversterfte in de winter hoger is dan in de zomer. Maar de verschillen tussen de seizoenen zijn bij de vaarzen aanzienlijk groter. Een verklaring hiervoor heeft epidemiologisch onderzoeker Inge Santman van GD tot nu toe nog niet gevonden. Meer sterfte bij meerlingenUit hetzelfde onderzoek kwam ook naar voren dat in de afgelopen vijf jaar zo’n drie tot vier procent van alle kalvingen resulteert in de geboorte van een meerling. Van de meerlingkalveren stierf in de onderzoeksperiode gemiddeld 19 procent voor het moment van oormerken. Voor kalveren uit eenlingdrachten was dat 7,7 procent. Dit betekent dat meerlingkalveren een 2,5 keer zo grote kans hebben om dood te gaan. Achtergrond in VeeteeltIn het augustnummer besteedt Veeteelt in een achtergrondverhaal uitgebreid aandacht aan de ontwikkeling van de kalversterfte in de Nederlandse melkveehouderij. De nieuwe Veeteelt verschijnt aan het eind van deze week.
1 reactie
|
Kans op doodgeboorte bij vaarzen twee keer zo hoog
De sterfte van niet-geoormerkte kalveren uit vaarzen is bijna twee keer zo hoog als de sterfte van niet-geoormerkte kalveren uit koeien.
Dit komt naar voren in een onderzoek van Royal GD waarin een analyse werd uitgevoerd van data uit de diergezondheidsmonitoring Rund.
Verworpen en doodgeboren
De cijfers betreffen gegevens over het tweede kwartaal van 2014 tot en met het tweede kwartaal van 2019. Onder niet-geoormerkte kalveren vallen zowel doodgeboren kalveren als verworpen vruchten en kalveren die levend ter wereld zijn gekomen maar zijn gestorven voordat ze in I&R werden geregistreerd.
Meer sterfte in winter
In de sterfte onder niet-geoormerkte kalveren van vaarzen treden ook meer schommelingen op. Voor zowel vaarzen als oudere koeien geldt dat de kalversterfte in de winter hoger is dan in de zomer. Maar de verschillen tussen de seizoenen zijn bij de vaarzen aanzienlijk groter. Een verklaring hiervoor heeft epidemiologisch onderzoeker Inge Santman van GD tot nu toe nog niet gevonden.
Meer sterfte bij meerlingen
Uit hetzelfde onderzoek kwam ook naar voren dat in de afgelopen vijf jaar zo’n drie tot vier procent van alle kalvingen resulteert in de geboorte van een meerling. Van de meerlingkalveren stierf in de onderzoeksperiode gemiddeld 19 procent voor het moment van oormerken. Voor kalveren uit eenlingdrachten was dat 7,7 procent. Dit betekent dat meerlingkalveren een 2,5 keer zo grote kans hebben om dood te gaan.
Achtergrond in Veeteelt
In het augustnummer besteedt Veeteelt in een achtergrondverhaal uitgebreid aandacht aan de ontwikkeling van de kalversterfte in de Nederlandse melkveehouderij. De nieuwe Veeteelt verschijnt aan het eind van deze week.
Reacties
Ik heb laatst gehoord dat het
REAGEER