dinsdag, 21 augustus, 2018 De vruchtbaarheidskengetallen van de Nederlandse melkveestapel zijn de afgelopen tien jaar sterk verbeterd. Dit blijkt uit een analyse van de Animal Evaluation Unit van coöperatie CRV. De gemiddelde tussenkalfijd lag in 2007 nog op bijna 416 dagen, maar was in 2015 gedaald tot ruim 403 dagen. De jaren 2016 en 2017 zijn niet meegenomen in de analyse. De verhoogde afvoer van dieren als gevolg van de fosfaatregelgeving zou een vertekend beeld van de cijfers geven. Eerder inseminerenMet name de laatste jaren werd vooruitgang geboekt. Zo daalde de tussenkalftijd tussen 2010 en 2015 met ruim tien dagen. Volgens onderzoeker Mathijs van Pelt is de daling vooral het gevolg van de beslissing van veehouders om eerder te starten met insemineren. Het interval tussen afkalven en eerste inseminatie nam af van 95 dagen in 2007 naar 86 dagen in 2015. Genetische trend positiefDaarnaast worden koeien ook sneller drachtig. Sinds 2011 daalde het interval tussen eerste en laatste inseminatie met vijf dagen. Naast het aangescherpte management van veehouders speelt ook de toegenomen aandacht voor vruchtbaarheid in de fokkerij een rol bij de verbetering van de resultaten. De genetische trends ontwikkelen zich sinds 2010 duidelijk positief. Een achtergrondartikel met een uitgebreide analyse van de ontwikkeling van de vruchtbaarheid van de Nederlandse veestapel is te lezen in het augustusnummer van Veeteelt.
0 reacties
|
Gemiddelde tussenkalftijd sinds 2007 met dertien dagen gedaald
De vruchtbaarheidskengetallen van de Nederlandse melkveestapel zijn de afgelopen tien jaar sterk verbeterd. Dit blijkt uit een analyse van de Animal Evaluation Unit van coöperatie CRV.
De gemiddelde tussenkalfijd lag in 2007 nog op bijna 416 dagen, maar was in 2015 gedaald tot ruim 403 dagen. De jaren 2016 en 2017 zijn niet meegenomen in de analyse. De verhoogde afvoer van dieren als gevolg van de fosfaatregelgeving zou een vertekend beeld van de cijfers geven.
Eerder insemineren
Met name de laatste jaren werd vooruitgang geboekt. Zo daalde de tussenkalftijd tussen 2010 en 2015 met ruim tien dagen. Volgens onderzoeker Mathijs van Pelt is de daling vooral het gevolg van de beslissing van veehouders om eerder te starten met insemineren. Het interval tussen afkalven en eerste inseminatie nam af van 95 dagen in 2007 naar 86 dagen in 2015.
Genetische trend positief
Daarnaast worden koeien ook sneller drachtig. Sinds 2011 daalde het interval tussen eerste en laatste inseminatie met vijf dagen. Naast het aangescherpte management van veehouders speelt ook de toegenomen aandacht voor vruchtbaarheid in de fokkerij een rol bij de verbetering van de resultaten. De genetische trends ontwikkelen zich sinds 2010 duidelijk positief.
Een achtergrondartikel met een uitgebreide analyse van de ontwikkeling van de vruchtbaarheid van de Nederlandse veestapel is te lezen in het augustusnummer van Veeteelt.
REAGEER