zaterdag, 10 december, 2016 Met De-Su BKM McCutchen, Vekis Chevrolet en Val Bisson Doorman kon de dochtergroepenpresentatie tijdens de HHH-show op voorhand op veel belangstelling rekenen. Alle drie stieren waren op basis van hun genoomfokwaarden al flink gebruikt en maakten in Zwolle in elk geval op Europese bodem een debuut met een dochtergroep. Veel hoogtemaat en borstdiepte bij McCutchenMcCutchen opende de presentatie en het was vanaf de kopkoe duidelijk dat de Bookemzoon een vererver is van hoogtemaat en veel borstdiepte. Sterk waren ook de ondiepe, fraai beaderde uiers. Volgens importeur WWS was de selectieruimte beperkt tot 100 melkgevende dieren. Dat ging helaas ten koste van de uniformiteit en uiterlijke melkrijkheid. Soepele melkkoeien van ChevroletNet als McCutchen kreeg ook Chevrolet kansen als stiervader. Het zestal van Chevrolet (v. Freddie) bevatte lenige, soepel lopende melkkoeien die geen moeite hadden met de hoge melkplasvererving (+1454 kg) gezien de passende conditie. In frames waren de Chevrolet gemiddeld groot, de uiers waren voor prima aangehecht, maar ook hier gold dat de groep het niveau niet van voor tot achter kon vasthouden. Alle drie de stieren hebben op papier een oplopende kruispartij en dat was bij Chevrolet het meest zichtbaar in de groep. Maar met 184 melkgevende dochters was ook hier de selectieruimte nog beperkt. Sterke uiers van DoormanVal-Bisson Doorman opende zijn groep sterk met de reservekampioene vaarzen JK DG Esmeralda. Ook de tweede koe toonde net als Esmeralda veel kracht, breedte en ribdiepte in het skelet. De uiers van Doorman, net als McCutchen een Bookemzoon uit een Shottledochter, waren zonder uitzondering in de hele groep breed en vooral achter hoog opgehangen, maar het verloop van de groep qua diepte en kracht in frame was wel groot. Maar ook hier een legitieme reden: met 80 melkgevende dochters was de selectieruimte beperkt. De meeste aandacht van de groep ging naar het beenwerk, dat na zijn eerste fokwaarden in de Lage Landen uitkomt op 98. Dat lag niet aan de stand van opzij, of de droogte van het bot. In de ring werd zichtbaar dat in gebruik de minder parallelle stap het aandachtspunt is.
0 reacties
|
Veel belangstelling debuterende HHH-dochtergroepen
Met De-Su BKM McCutchen, Vekis Chevrolet en Val Bisson Doorman kon de dochtergroepenpresentatie tijdens de HHH-show op voorhand op veel belangstelling rekenen.
Alle drie stieren waren op basis van hun genoomfokwaarden al flink gebruikt en maakten in Zwolle in elk geval op Europese bodem een debuut met een dochtergroep.
Veel hoogtemaat en borstdiepte bij McCutchen
McCutchen opende de presentatie en het was vanaf de kopkoe duidelijk dat de Bookemzoon een vererver is van hoogtemaat en veel borstdiepte. Sterk waren ook de ondiepe, fraai beaderde uiers. Volgens importeur WWS was de selectieruimte beperkt tot 100 melkgevende dieren. Dat ging helaas ten koste van de uniformiteit en uiterlijke melkrijkheid.
Soepele melkkoeien van Chevrolet
Net als McCutchen kreeg ook Chevrolet kansen als stiervader. Het zestal van Chevrolet (v. Freddie) bevatte lenige, soepel lopende melkkoeien die geen moeite hadden met de hoge melkplasvererving (+1454 kg) gezien de passende conditie. In frames waren de Chevrolet gemiddeld groot, de uiers waren voor prima aangehecht, maar ook hier gold dat de groep het niveau niet van voor tot achter kon vasthouden. Alle drie de stieren hebben op papier een oplopende kruispartij en dat was bij Chevrolet het meest zichtbaar in de groep. Maar met 184 melkgevende dochters was ook hier de selectieruimte nog beperkt.
Sterke uiers van Doorman
Val-Bisson Doorman opende zijn groep sterk met de reservekampioene vaarzen JK DG Esmeralda. Ook de tweede koe toonde net als Esmeralda veel kracht, breedte en ribdiepte in het skelet. De uiers van Doorman, net als McCutchen een Bookemzoon uit een Shottledochter, waren zonder uitzondering in de hele groep breed en vooral achter hoog opgehangen, maar het verloop van de groep qua diepte en kracht in frame was wel groot. Maar ook hier een legitieme reden: met 80 melkgevende dochters was de selectieruimte beperkt. De meeste aandacht van de groep ging naar het beenwerk, dat na zijn eerste fokwaarden in de Lage Landen uitkomt op 98. Dat lag niet aan de stand van opzij, of de droogte van het bot. In de ring werd zichtbaar dat in gebruik de minder parallelle stap het aandachtspunt is.
REAGEER