woensdag, 16 september, 2020 Hooggepunte vaarzen halen sneller de mijlpaal van 100.000 kg melk of 10.000 kg vet en eiwit dan laaggepunte vaarzen. Die relatie tussen exterieur en levensproductie komt naar voren uit een analyse van Coöperatie CRV van cijfers van honderd- en tientonners in de periode 2010 tot en met 2019. Koeien die als vaars met 80 punten werden ingeschreven, hadden 3185 dagen nodig voor de productie van 100.000 kg melk. Koeien die als vaars 85 punten kregen, deden er 135 dagen korter over (3050 dagen). Tussen koeien die als vaars 76 of 87 punten kregen, zit zelfs een verschil van 332 dagen. Dat is ongeveer een hele lactatie. 30 dagen sneller per punt exterieurDe tientonners laten hetzelfde beeld zien. Een met 80 punten als vaars ingeschreven tientonner kwam gemiddeld in 4023 dagen tot een productie van 10.000 kg vet en eiwit. Een vaars met 85 punten bereikte die productie 83 dagen sneller. Ook zit bij de tientonners een gat van 354 productiedagen tussen een vaars met 76 of een met 87 punten. Voor ieder extra punt voor algemeen voorkomen neemt het aantal productiedagen tot 100.000 kg grofweg met zo’n 25 dagen af, zo blijkt uit de analyse. Bij tientonners bedraagt de afname zo’n 30 productiedagen per punt. Steeds sneller bij 100.000 kgDezelfde analyse laat ook zien dat koeien steeds sneller de grens van 100.000 kg melk bereiken. De koeien die in 1991 honderdtonner werden, deden er gemiddeld 3690 dagen over (figuur 1). In 2019 hadden de ruim 2400 honderdtonners er gemiddeld 3071 productiedagen voor nodig, een verschil van ruim 500 dagen. Ook bij de tientonners is die trend zichtbaar. In 2000 lag het gemiddeld aantal dagen om 10.000 kg vet en eiwit te produceren op 4287 dagen, terwijl de tientonners die afgelopen jaar die grens passeerden, er 3954 dagen over hadden gedaan. Septembernummer VeeteeltHet septembernummer van Veeteelt, dat vanaf morgen op de mat valt, gaat dieper in op de relatie tussen exterieur en levensproductie.
1 reactie
|
Hoe fraaier als vaars, hoe sneller bij 100.000 kg melk
![]() |
Hooggepunte vaarzen halen sneller de mijlpaal van 100.000 kg melk of 10.000 kg vet en eiwit dan laaggepunte vaarzen.
Die relatie tussen exterieur en levensproductie komt naar voren uit een analyse van Coöperatie CRV van cijfers van honderd- en tientonners in de periode 2010 tot en met 2019.
Koeien die als vaars met 80 punten werden ingeschreven, hadden 3185 dagen nodig voor de productie van 100.000 kg melk. Koeien die als vaars 85 punten kregen, deden er 135 dagen korter over (3050 dagen). Tussen koeien die als vaars 76 of 87 punten kregen, zit zelfs een verschil van 332 dagen. Dat is ongeveer een hele lactatie.
30 dagen sneller per punt exterieur
De tientonners laten hetzelfde beeld zien. Een met 80 punten als vaars ingeschreven tientonner kwam gemiddeld in 4023 dagen tot een productie van 10.000 kg vet en eiwit. Een vaars met 85 punten bereikte die productie 83 dagen sneller. Ook zit bij de tientonners een gat van 354 productiedagen tussen een vaars met 76 of een met 87 punten.
Voor ieder extra punt voor algemeen voorkomen neemt het aantal productiedagen tot 100.000 kg grofweg met zo’n 25 dagen af, zo blijkt uit de analyse. Bij tientonners bedraagt de afname zo’n 30 productiedagen per punt.
Steeds sneller bij 100.000 kg
Dezelfde analyse laat ook zien dat koeien steeds sneller de grens van 100.000 kg melk bereiken. De koeien die in 1991 honderdtonner werden, deden er gemiddeld 3690 dagen over (figuur 1). In 2019 hadden de ruim 2400 honderdtonners er gemiddeld 3071 productiedagen voor nodig, een verschil van ruim 500 dagen.
Ook bij de tientonners is die trend zichtbaar. In 2000 lag het gemiddeld aantal dagen om 10.000 kg vet en eiwit te produceren op 4287 dagen, terwijl de tientonners die afgelopen jaar die grens passeerden, er 3954 dagen over hadden gedaan.
Septembernummer Veeteelt
Het septembernummer van Veeteelt, dat vanaf morgen op de mat valt, gaat dieper in op de relatie tussen exterieur en levensproductie.
Reacties
Als je naar de stierindexen
REAGEER