donderdag, 18 maart, 2021 Als een nieuw kabinetsbeleid erop gericht is om de veestapel te verkleinen, wordt het probleem om milieuvraagstukken op te lossen alleen maar verplaatst. Dat stellen onderzoekers Petra Berkhout en Linda Puister van Wageningen Economic Research. ‘Om milieuproblemen echt op te lossen, moeten we niet alleen de productie, maar ook de consumptie aanpassen’, zo geeft Berkhout aan. 12 procent minder koeienSamen met Puister vergeleek ze in opdracht van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) verschillende studies over ingrepen die de milieu-impact van de agrosector kunnen verminderen. Zo kan een klimaatneutraal plafond voor de stikstof- en fosfaatproductie leiden tot 12 procent minder melk- en kalfkoeien, 30 procent minder fokvarkens, en 35 procent minder vleesvarkens. Dat kost de sector, die naast de veebedrijven zelf ook toe- en afnemende industrie en dienstverlening omvat, 32.000 banen in een jaar. Krimp van toegevoegde waardeDe rode draad in de analyses van de gevolgen van krimp is dat de effecten voor de betrokken sector en bedrijven behoorlijk kunnen zijn. Wel stellen de onderzoekers dat de gevolgen voor de toegevoegde waarde van het gehele agrocomplex zijn te overzien. Het percentage waarmee de sector krimpt, varieert tussen de 1 en 9. Afgezet tegen de totale toegevoegde waarde van Nederland is het effect nog beperkter, omdat het economisch belang van de agrosector in Nederland relatief klein is, zo schrijven de onderzoekers. Pas op voor waterbed-effectKrimp van de veestapel ten gunste van de milieu-impact is volgens de onderzoekers slechts één kant van de medaille. Berkhout: ‘Als beleidsmakers alleen kijken naar de productie in Nederland, krijg je een waterbedeffect. We drukken het aanbod vanuit Nederland omlaag, maar ergens anders komt het zeker omhoog als de vraag niet meedaalt. Dan verschuif je de problemen alleen maar.’ Introductie vleestaksNederland exporteert ruwweg 75 procent van de agrarische productie en importeert circa 75 procent van de voedselconsumptie. Berkhout roept beleidsmakers dan ook op breder te kijken dan productie, en ook consumptie te beïnvloeden met beleid. Dat kan bijvoorbeeld met een belastingheffing op dierlijk eiwit zoals een vleestaks, aldus Berkhout. Klik hier om het rapport te bekijken
0 reacties
|
WUR: verkleining veestapel verplaatst het milieuprobleem
Als een nieuw kabinetsbeleid erop gericht is om de veestapel te verkleinen, wordt het probleem om milieuvraagstukken op te lossen alleen maar verplaatst.
Dat stellen onderzoekers Petra Berkhout en Linda Puister van Wageningen Economic Research. ‘Om milieuproblemen echt op te lossen, moeten we niet alleen de productie, maar ook de consumptie aanpassen’, zo geeft Berkhout aan.
12 procent minder koeien
Samen met Puister vergeleek ze in opdracht van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) verschillende studies over ingrepen die de milieu-impact van de agrosector kunnen verminderen. Zo kan een klimaatneutraal plafond voor de stikstof- en fosfaatproductie leiden tot 12 procent minder melk- en kalfkoeien, 30 procent minder fokvarkens, en 35 procent minder vleesvarkens. Dat kost de sector, die naast de veebedrijven zelf ook toe- en afnemende industrie en dienstverlening omvat, 32.000 banen in een jaar.
Krimp van toegevoegde waarde
De rode draad in de analyses van de gevolgen van krimp is dat de effecten voor de betrokken sector en bedrijven behoorlijk kunnen zijn. Wel stellen de onderzoekers dat de gevolgen voor de toegevoegde waarde van het gehele agrocomplex zijn te overzien. Het percentage waarmee de sector krimpt, varieert tussen de 1 en 9. Afgezet tegen de totale toegevoegde waarde van Nederland is het effect nog beperkter, omdat het economisch belang van de agrosector in Nederland relatief klein is, zo schrijven de onderzoekers.
Pas op voor waterbed-effect
Krimp van de veestapel ten gunste van de milieu-impact is volgens de onderzoekers slechts één kant van de medaille. Berkhout: ‘Als beleidsmakers alleen kijken naar de productie in Nederland, krijg je een waterbedeffect. We drukken het aanbod vanuit Nederland omlaag, maar ergens anders komt het zeker omhoog als de vraag niet meedaalt. Dan verschuif je de problemen alleen maar.’
Introductie vleestaks
Nederland exporteert ruwweg 75 procent van de agrarische productie en importeert circa 75 procent van de voedselconsumptie. Berkhout roept beleidsmakers dan ook op breder te kijken dan productie, en ook consumptie te beïnvloeden met beleid. Dat kan bijvoorbeeld met een belastingheffing op dierlijk eiwit zoals een vleestaks, aldus Berkhout.
Klik hier om het rapport te bekijken
REAGEER