donderdag, 15 oktober, 2020 In vijf jaar tijd daalde het fosforgehalte in graskuilen van 4,0 gram per kg droge stof naar 3,6 gram in 2019. Aan die daling lijkt geen einde te komen; de voorjaarskuilen van dit jaar bevatten volgens Eurofins zelfs maar 3,2 gram fosfor per kg droge stof. ‘Er zit steeds minder fosfaat in drijfmest als gevolg van een lager fosforgehalte in de melkveerantsoenen. Daarnaast belemmerde de droogte dit voorjaar een goede fosforopname door het gewas’, zo verduidelijkt Robert Meijer, marketingmanager bij ForFarmers, de daling. Fosfor nodig voor energiemetabolismeKoeien hebben fosfor nodig voor een goed werkend energiemetabolisme, de skeletopbouw en de melkproductie. ‘We rekenen in het totale rantsoen met een behoefte van 3,0 tot 3,5 gram fosfor per kg droge stof, afhankelijk van het lactatiestadium. Doordat er dit jaar veel meer graskuilen zijn met extreem lage fosforgehalten, komen we nu veel vaker tekorten tegen in de praktijk’, aldus Meijer. Voerspoor begint te knellenDat er minder fosfor in het krachtvoer zit, is het gevolg van afspraken uit het Convenant Voerspoor, dat Nevedi, de belangenorganisatie voor de voerindustrie, vastlegde met het ministerie van LNV. Dit convenant draagt, net als de fosfaatrechten en het fosfaatreductieplan, bij aan de reductie van de fosfaatproductie van de melkveehouderij. Sinds 2015 mag mengvoer voor melkvee daarom maximaal 4,3 gram fosfor per kg bevatten. Maar door de lagere fosforwaarde in zowel ruwvoer als krachtvoer ziet Meijer dat er in steeds meer rantsoenen mineralen met extra fosfor worden toegevoegd, om koeien gezond te houden. ‘We zijn inmiddels op het punt gekomen dat de afspraken over het voerspoor gaan knellen. In combinatie met de extreem lage fosforgehalten in de graskuilen komen we steeds vaker rantsoenen tegen met een fosfortekort. Dat betekent risico’s voor de diergezondheid, die nu opgelost worden met fosforaanvullingen via mineralen.’ Dat levert ook twee keer kosten op volgens Meijer: om het fosforgehalte in mengvoer binnen de norm van het voerspoor te houden en door aan het voerhek extra fosfor via mineralen te voeren. ‘Dat is niet logisch en niet economisch.’ Verruiming fosfornormMeijer pleit daarom voor het verruimen van de fosfornorm in mengvoer. ‘De fosfaatproductie voor de melkveesector zat in 2019 met 75,5 miljoen kg ruimschoots onder het fosfaatplafond van 84,9 miljoen kg. Dit betekent dat er voldoende ruimte is om de normen in het voerspoor weer naar boven bij te stellen. Door verhoging van de fosfornorm in het voerspoor kunnen veel onnodige risico’s voor diergezondheid, welzijn en productie worden voorkomen.’ In Veeteelt, die vandaag of morgen in de bus valt, is een uitgebreid achtergrondverhaal te lezen over de kwaliteit van de graskuilen.
1 reactie
|
Voerconvenant ‘knelt’ door extreem lage fosforwaarden in graskuil
In vijf jaar tijd daalde het fosforgehalte in graskuilen van 4,0 gram per kg droge stof naar 3,6 gram in 2019. Aan die daling lijkt geen einde te komen; de voorjaarskuilen van dit jaar bevatten volgens Eurofins zelfs maar 3,2 gram fosfor per kg droge stof.
‘Er zit steeds minder fosfaat in drijfmest als gevolg van een lager fosforgehalte in de melkveerantsoenen. Daarnaast belemmerde de droogte dit voorjaar een goede fosforopname door het gewas’, zo verduidelijkt Robert Meijer, marketingmanager bij ForFarmers, de daling.
Fosfor nodig voor energiemetabolisme
Koeien hebben fosfor nodig voor een goed werkend energiemetabolisme, de skeletopbouw en de melkproductie.
‘We rekenen in het totale rantsoen met een behoefte van 3,0 tot 3,5 gram fosfor per kg droge stof, afhankelijk van het lactatiestadium. Doordat er dit jaar veel meer graskuilen zijn met extreem lage fosforgehalten, komen we nu veel vaker tekorten tegen in de praktijk’, aldus Meijer.
Voerspoor begint te knellen
Dat er minder fosfor in het krachtvoer zit, is het gevolg van afspraken uit het Convenant Voerspoor, dat Nevedi, de belangenorganisatie voor de voerindustrie, vastlegde met het ministerie van LNV. Dit convenant draagt, net als de fosfaatrechten en het fosfaatreductieplan, bij aan de reductie van de fosfaatproductie van de melkveehouderij.
Sinds 2015 mag mengvoer voor melkvee daarom maximaal 4,3 gram fosfor per kg bevatten. Maar door de lagere fosforwaarde in zowel ruwvoer als krachtvoer ziet Meijer dat er in steeds meer rantsoenen mineralen met extra fosfor worden toegevoegd, om koeien gezond te houden.
‘We zijn inmiddels op het punt gekomen dat de afspraken over het voerspoor gaan knellen. In combinatie met de extreem lage fosforgehalten in de graskuilen komen we steeds vaker rantsoenen tegen met een fosfortekort. Dat betekent risico’s voor de diergezondheid, die nu opgelost worden met fosforaanvullingen via mineralen.’ Dat levert ook twee keer kosten op volgens Meijer: om het fosforgehalte in mengvoer binnen de norm van het voerspoor te houden en door aan het voerhek extra fosfor via mineralen te voeren. ‘Dat is niet logisch en niet economisch.’
Verruiming fosfornorm
Meijer pleit daarom voor het verruimen van de fosfornorm in mengvoer. ‘De fosfaatproductie voor de melkveesector zat in 2019 met 75,5 miljoen kg ruimschoots onder het fosfaatplafond van 84,9 miljoen kg. Dit betekent dat er voldoende ruimte is om de normen in het voerspoor weer naar boven bij te stellen. Door verhoging van de fosfornorm in het voerspoor kunnen veel onnodige risico’s voor diergezondheid, welzijn en productie worden voorkomen.’
In Veeteelt, die vandaag of morgen in de bus valt, is een uitgebreid achtergrondverhaal te lezen over de kwaliteit van de graskuilen.
Reacties
Het lijkt me een beter plan
REAGEER