De Weideman

Tip van de Weideman: Na maaien volgt … kunst van het verdelen

Gebruik bij het bemesten met drijfmest een flinke plens water, zo tipt de Weideman
Gebruik bij het bemesten met drijfmest een flinke plens water, zo tipt de Weideman

Wat een weertje om lekker te weiden en zo nodig ook vlot in te kuilen! In het zuiden en oosten van het land is volop gemaaid, in het noorden en westen wat minder. 

Nou hoop ik maar dat de omweiders in maaibeurten blijven denken en ervoor zorgen dat ze groeitrappen aanleggen. Kortom, je hebt gemaaid, je bent aan het maaien of je gaat maaien. Dan gaat mijn advies deze week over wat er daarna komt: mest en kunstmest.

Bij drijfmest een flinke plens water

Dat advies is vooral de kunst van het verdelen. Denk goed na over je kunstmestgift op de gemaaide percelen. Doe dat zo dat je binnen je ruimte voldoende overhoudt om nog tot in de zomer kleine giften te kunnen strooien op je weidepercelen. Al strooi je maar 50 tot 75 kg KAS, dat is vaak al voldoende voor groei, smaak en ruw eiwit. Percelen die je geweid hebt en die bestemd zijn voor maaien, zijn dankbaar voor een gift met 15 kuub drijfmest, voor de kali en fosfaat die deze brengt. Gebruik bij drijfmest zo mogelijk een plens water, dan is de benutting van stikstof beter, de ammoniakemissie lager en dan doet de mest sneller zijn werk in de grasgroei. 

Klaver en kruiden inzetten als stikstoffabriekje

Maaien brengt ook vers etgroen om op verder te weiden over een week of twee. Gebruik daar alleen kunstmest, dan blijft het gras extra smakelijk. Heb je percelen met klavers en hebben die een aandeel tussen 10 en 25 procent? Laat die dan zelf hun werk gaan doen en plaag ze maar niet of nauwelijks meer met kunstmest-stikstof. Hetzelfde geldt voor kruidenrijk grasland. Daar zitten ook veel vlinderbloemigen tussen, je eigen stikstoffabriekje.