woensdag, 4 januari, 2017 Nog geen vijftig procent van de Vlaamse melkveehouders (46,9 procent) maakt gebruik van een standaard mastitisbehandelprotocol, eventueel opgesteld samen met de dierenarts. Dit blijkt uit de resultaten van de 'Duurzaamheidstest antibioticagebruik melkvee' uitgevoerd door het M-team van de Universiteit Gent. Melkveehouders mochten in deze enquête zelf hun mastitisbehandelstrategie scoren op het vlak van minder en verantwoord gebruik van antibiotica. Tot nog toe vulden 149 melkveehouders de enquête in. Bacteriologisch onderzoekVijftig procent van de respondenten neemt naar eigen zeggen regelmatig melkstalen voor bacteriologisch onderzoek voordat de mastitisbehandeling wordt gestart. Daarnaast maakt 38 procent van de melkveebedrijven gebruik van een antibiogram om de gevoeligheid voor de gekozen antibiotica te evalueren. Uierinfuus bij ernstige gevallenBij ernstige klinische mastitisgevallen geeft bijna vijftig procent van de melkveehouders aan dat zij gebruikmaken van uierinfusen – niet te verwarren met commercieel beschikbare injectoren. Bij vijftien procent van de respondenten werden alle gevallen van klinische mastitis met een uierinfuus behandeld. Meestal drie dagen behandelen bij milde gevallenBij een milde klinische uierontsteking kiest veertig procent van de respondenten voor een behandeling van drie dagen. Zes procent van de respondenten behandelt een milde klinische uierontsteking slechts één dag. Voor 25 procent van de respondenten geldt dat zij een koe met een milde klinische uierontsteking gedurende vijf dagen of langer behandelen.
0 reacties
|
Behandelprotocol mastitis nog niet gangbaar in Vlaanderen
Nog geen vijftig procent van de Vlaamse melkveehouders (46,9 procent) maakt gebruik van een standaard mastitisbehandelprotocol, eventueel opgesteld samen met de dierenarts.
Dit blijkt uit de resultaten van de 'Duurzaamheidstest antibioticagebruik melkvee' uitgevoerd door het M-team van de Universiteit Gent. Melkveehouders mochten in deze enquête zelf hun mastitisbehandelstrategie scoren op het vlak van minder en verantwoord gebruik van antibiotica. Tot nog toe vulden 149 melkveehouders de enquête in.
Bacteriologisch onderzoek
Vijftig procent van de respondenten neemt naar eigen zeggen regelmatig melkstalen voor bacteriologisch onderzoek voordat de mastitisbehandeling wordt gestart.
Daarnaast maakt 38 procent van de melkveebedrijven gebruik van een antibiogram om de gevoeligheid voor de gekozen antibiotica te evalueren.
Uierinfuus bij ernstige gevallen
Bij ernstige klinische mastitisgevallen geeft bijna vijftig procent van de melkveehouders aan dat zij gebruikmaken van uierinfusen – niet te verwarren met commercieel beschikbare injectoren. Bij vijftien procent van de respondenten werden alle gevallen van klinische mastitis met een uierinfuus behandeld.
Meestal drie dagen behandelen bij milde gevallen
Bij een milde klinische uierontsteking kiest veertig procent van de respondenten voor een behandeling van drie dagen. Zes procent van de respondenten behandelt een milde klinische uierontsteking slechts één dag. Voor 25 procent van de respondenten geldt dat zij een koe met een milde klinische uierontsteking gedurende vijf dagen of langer behandelen.
REAGEER